Wellness-rechts: Yogamoeders die vooral met zichzelf bezig zijn, geen coronaprik halen en op populisten stemmen. Klopt die karakterschets wel?
Naast ‘spiritueel narcisme’ hebben we nu ook ‘wellness-rechts’. Auteur Roxane van Iperen gebruikt het etiket voor beoefenaren van onder meer yoga en meditatie die vooral met zichzelf bezig zouden zijn, geen coronaprik hebben gehaald en op populisten stemden. Ze rekent hen tot een egoïstische, verrechtsende middenklasse waarover ze het essay ‘Eigen welzijn eerst’ schreef.
Van Iperen put met haar typering uit een traditie. Je hoort de kritiek nog wel eens in christelijke kringen waar de spirituele wortels in de afgelopen eeuwen verdroogden: van navelstaren op een meditatiekussen krijgen we geen betere wereld. Maar krijg je die überhaupt zonder ‘eigen welzijn eerst’?
Voor ‘navelstaren’ is het eigen lichaam inderdaad cruciaal. Zonder zintuigen immers geen ervaring, ook niet van welzijn. Maar dit welzijn is wel onlosmakelijk verbonden met de omgeving. Als je werkplek of relatie ongezond zijn, merk je dat. En die interactie roept voortdurend vragen op over je eigen handelen. De antwoorden verken je door onder meer mindfulness, religieus contempleren, sporten of tarotkaarten trekken. Zo kom je mogelijk tot andere keuzes.
Spiritualiteit gaat nooit alleen over jezelf
Spiritualiteit draait om goed leven, maar gaat nooit alleen over jezelf. De link die Van Iperen legt met egoïsme is daarom vergezocht. Er lijkt eerder sprake van een oud ongemak met het eigen lichaam. Want dat lijf ligt moeilijk in een cultuur waar het vlees lang zondig was.
Het dominante protestantisme stond in het teken van het woord, een denken en spreken over een God die je niet kunt waarnemen. Het lichaam was een tijdelijk omhulsel voor de eeuwige ziel, en het verleidde je tot ongewenste uitspattingen. Met de zegetocht van de rede in de Verlichting verdween het lichaam met zijn irrationele neigingen in de coulissen.
Stilstaan bij je lichaam en wat je daarmee voelt, ligt nog altijd moeilijk in het nuchtere Nederland. Het lijf wordt weggemoffeld of juist breed uitgevent op tv en sociale media. De omgang ermee is ambivalent. Je draait overuren in SportCity en neemt tien verschillende voedingssupplementen om de vergankelijkheid van het vlees een halt toe te roepen. Om dat lichaam de volgende dag achter een laptop te vergeten, totdat het negen uur later protesteert met rugpijn. Het blijft een vehikel dat je van A naar B brengt en waaraan je kunt sleutelen. Zo werd het lijf klaargestoomd voor de commercie. Je stopt er nog een pilletje in of checkt je dure smartwatch.
Geen egoïsme maar maakbaarheidsdenken
Dat aandacht voor het eigen welzijn doorslaat, zoals Van Iperen betoogt, is dan ook geen egoïsme, maar ongebreideld maakbaarheidsdenken. Wat kapot is repareer je, snel en efficiënt. Dat lukt niet altijd, zo bleek in de coronapandemie, een crisis rond ieders welzijn. Het besef dat je voor je welzijn afhankelijk bent van anderen verschrompelt als je ze niet vertrouwt. Het werd een strijd tussen het immuunsysteem en de coronaprik. In dat gebakkelei was weinig ruimte voor twijfel. Emoties als angst en onzekerheid werden weggeredeneerd, abstracte statistieken moesten bezorgde burgers overtuigen van de veiligheid van het vaccin. Populisten speelden handig in op het ongemak daarover.
En inderdaad, die populisten trokken óók yogabeoefenaars. Maar gelukkig bestaat er naast wellness-rechts nog zoiets als wellness-links, mensen die hechten aan inclusiviteit en die duurzaamheid tot levenskunst verheffen. Het gevoel ‘wakker te worden’ en de realiteit helderder te zien dan daarvoor, is niet voorbehouden aan complotaanhangers. Het leeft ook bij anderen die zich zorgen maken over het welzijn van zichzelf en de wereld.
Mogelijk nog groter dan wellness-rechts en -links is wellness-midden, de gematigden die op hun meditatiekussen proberen te ontsnappen aan polariserend activisme ter linker- en rechterzijde. Ze houden er heel uiteenlopende ideeën op na.
Maar zo blijf je bezig met etiketten plakken. Die uren kun je ook aan spiritualiteit besteden.
Dit opiniestuk over wellness-rechts verscheen onlangs in dagblad Trouw.
Meer lezen over zingeving? Meld je hier aan voor de maandelijkse mail.
Waardeer je dit artikel? En wil je me helpen verder te werken aan een onderzoek naar zingeving en kwaliteitspublicaties hierover? Doneer dan een bedrag naar keus en weet straks welke rol zingeving speelt in ons leven nu de oude grote verhalen hebben afgedaan. Veel dank!
Tot nu toe gedoneerd: € 378,06
Update Wellness-rechts is averechts etiket: 4-6-’22
Heel mooi en helder verwoord. En de laatste twee zinnen: ”Maar zo blijf je bezig met etiketten plakken. Die uren kun je ook aan spiritualiteit besteden.” is natuurlijk raak!
Ook sluit ik mezelf helemaal aan bij het feit dat iedereen die bewust leeft, juist handelt vanuit het bewustzijn van het ‘collectief’. En daarom handelt vanuit wat zowel voor zichzelf als het collectief ten goede komt. Het kan dus nooit egoïstisch zijn omdat dit daar simpelweg niet bestaat.
Meer rond hetzelfde thema kun je ook terugvinden in het volgende interview over het boek ‘Springlevend’: https://bodhitv.nl/kinderboek-springlevend/
Mooi stuk. Ik heb ook nagedacht over het verhaal van Van Iperen. Je drukt iets uit wat ik zelf nog niet zo goed onder woorden heb kunnen brengen. En ik deel de wens om minder te polariseren en vooral de intenties te zien van iedereen.
Dank, Laura. Ik vind het idee dat filosofen korter of langer geleden tegen dezelfde problemen in de samenleving aanliepen altijd weer relativerend. Mooi om te lezen hoe zij die duiden in hun eigen tijd. En hoe creatief ze waren (zijn) in hun pogingen mensen een ander perspectief te geven. Daarmee beginnen toch de grote veranderingen 😉