Zin in muziek – Twee jonge componisten, een Griek en een Japanner, wilden leuke dingen doen in Amsterdam. Met een groep kunstenaars gingen ze aan de slag. ‘Nederland heeft geen crisis.’
‘Deze getalenteerde componist ken ik van het Amsterdamse conservatorium.’ Masato Suzuki knikt naar zijn Griekse compagnon Thanasis Deligiannis die in de lach schiet. De Japanner leunt achterover terwijl de theepot rond gaat in de Amsterdamse bovenwoning. Masato studeerde zelf compositie in Tokio. Hij kwam naar Amsterdam om zich verder te bekwamen in het orgel- en klavecimbelspel. Het klikte vier jaar geleden tussen de dertigers en een duo was geboren.
Zin in muziek
Beiden kregen muziek met de paplepel ingegoten, maar Deligiannis had het moeilijker als kind van een Griekse, traditionele muzikant. Met westerse klassieke muziek maakte hij pas kennis op vijftienjarige leeftijd, toen zijn vader zich met een kortingscoupon een setje cd’s verschafte. ‘Ik herkende de melodieën van de tv-reclame. Muziek uit de opera Carmen werd gebruikt in een spotje voor een schoonmaakmiddel.’
Toch lonkte de piano en Deligiannis nam les. ‘Mijn vader vond het niks, hij was bang dat ik daardoor niet meer kon improviseren, wat belangrijk is in de traditionele muziek.’ De lessen vielen hem zwaar. ‘Ik kon geen noten lezen, verstond mijn Russische leraar niet en had door de percussie die ik al speelde een ander ritmegevoel. Het was iedere keer huilen. Daarom ben ik als componist afgestudeerd in de richting muziektheater, daar voel ik me comfortabeler bij.’
Westers Japan
‘Europeanen denken vaak dat ik een oriëntaalse blik heb, maar ze vergeten dat Japan erg westers is.” Suzuki, geboren in Den Haag en op driejarige leeftijd naar Japan verhuisd, studeerde orgel en speelde in kerken. Zijn vader Masaaki, ook organist en klavecimbelspeler, is dirigent van het Bach Collegium Japan, een internationaal befaamd orkest. “Ons hele huis was vroeger Bach cantate.’
Dit artikel lees je gratis. Wil je me helpen verder te werken aan mijn onderzoek naar zingeving en kwaliteitsartikelen hierover? Doneer dan onderaan een bedrag naar keus.
Suzuki promoveerde bij zijn vader op de Nederlandse calvinisten. ‘Westerse klassieke muziek is al eeuwen gangbaar in Japan. Die zit me in het bloed.’ Hij kent de namen van traditionele Japanse musici, maar hun muziek is hem vreemd. ‘Ik heb ooit in een traditioneel Kabuki-theater klavecimbel gespeeld tijdens een voorstelling, dat is mijn enige ervaring.’
Mythische mix
Thessaloniki, de geboortestad van Deligiannis, heeft voor Suzuki als christen wél een speciale betekenis. ‘Het is een belangrijke stad uit de Bijbel, ook omdat brieven van apostel Paulus aan de Tessalonicenzen hierin opgenomen zijn. Ik vond het bijzonder iemand uit deze stad te ontmoeten.’ Maar dat viel hem tegen. Zijn Griekse vriend wist van geen apostolische brieven aan zijn stadgenoten. Ze kunnen er nog hartelijk om lachen. ‘Maar,’ vult Suzuki snel aan, ‘ik wilde meer weten over de Griekse mythologie en daar weet hij alles van.’
Thuis ziet men het direct als ik aan de verhaallijn knoei
De mannen besloten alle registers open te trekken op een Amsterdams podium en daarbij uit zowel Griekse als Japanse mythen te putten. Dat podium vonden ze in het Orgelpark, een tot concertzaal omgetoverde kerk met verschillende orgels. ‘We combineren karakters uit beide werelden in een eigentijdse voorstelling over de liefde’, licht Deligiannis toe. ‘In Griekenland kan ik dit niet doen, daarvoor hebben de Grieken nog te veel respect voor de Oudheid. Toen ik hier met deze mythen ging werken, dacht ik: wat ben ik aan het doen, maar ik vergat dat Nederlanders de verhalen nauwelijks kennen. Thuis ziet men het direct als ik aan de verhaallijn knoei.’
Ooit wil hij terug naar zijn vaderland met een moderne variant op de oude mythen, om ‘de boel een beetje op te schudden’. Maar, zegt hij, de Grieken zijn nu te veel met zichzelf bezig. ‘Ze zoeken naar hun identiteit: wat is Griekenland en wat is precies Grieks? De oude Grieken hadden daar geen last van. Ze waren ruimdenkend en stonden open voor nieuwe ideeën. Ook van buiten.’
Het resultaat: muziektheater vol liefdesliederen uit verschillende stijlen en periodes
De jonge componisten houden van interdisciplinaire voorstellingen. ‘Wij zien zelden grenzen’, zegt Suzuki. ‘Op het podium zijn theater en muziek een eenheid. Het publiek ziet ook maar één voorstelling.’ Ze trommelde een groep kunstenaars op afkomstig uit de jazz, de klassieke en de barokmuziek. Het resultaat: muziektheater vol liefdesliederen uit verschillende stijlen en periodes. Deligiannis: ‘Ons team werkt keihard om het hoogste niveau te bereiken. Dat geeft stress, omdat we onszelf voortdurend uitdagen, maar we genieten er ook van.’
Crisis? What crisis?
Last van de crisis hebben de Griek en de Japanner naar eigen zeggen niet. ‘Ik begrijp dat cultuur nu niet de hoogste prioriteit heeft. Na de aardbeving drie jaar geleden waren de Japanners ook niet met opera bezig. Mensen hadden gebrek aan water en elektriciteit. En je kunt moeilijk een concert geven in een concerthal waar daklozen worden opgevangen.’
Deligiannis ziet geen crisis in Nederland, wel een verandering. ‘Nederland heeft geen crisis. Griekenland wel, door de kracht van de verandering. Die kracht brengt hier enkel een oncomfortabele herordening teweeg.’ Zelf was hij ook onderdeel van deze herordening. ‘Mijn contract bij een muziekensemble werd niet verlengd vanwege de bezuinigingen.’
Nederland heeft geen crisis
De voortvarendheid waarmee de Nederlandse overheid snijdt in cultuuruitgaven vindt het duo opvallend. ‘Dit land heeft in eeuwen een geweldig niveau opgebouwd in de kunsten’, zegt Suzuki. ‘Waarom neemt de overheid niet de tijd om bezuinigingen overdacht uit te voeren. Dit is gewoon een luie actie, niet berekend en gepland. Maar dat is mijn bescheiden mening als buitenlander.’ Ook in Japan werd gekort op de kunsten en ontstond een publieke discussie, maar niet zo radicaal als in Nederland, aldus Suzuki.
Nederland thuisland
Zowel Suzuki als Deligiannis trad in zijn vaders voetsporen. En ze kozen allebei voor Nederland, waar ze zich niet belemmerd voelen door de crisis. Suzuki: ‘Ik heb altijd een band gehouden met Nederland nadat ik vertrok, het voelt als thuis. En ik kan hier experimenteren in mijn vak.’ Ook Deligiannis ervaart hier ruimte om zich te ontwikkelen. ‘Ik heb enkel toelatingsexamens gedaan voor Nederlandse conservatoria. Riskant, want als ze me niet hadden aangenomen, was er voor mij nog maar één optie geweest: het leger.’
.
Mijn onderzoek naar zingeving volgen? Laat je e-mailadres hier achter.
Waardeer je dit artikel? En wil je weten welke rol zingeving speelt in ons leven en de maatschappij? Doneer dan een bedrag naar keus. Zo help je mij als journalist en cultuurvorser verder te werken aan een onderzoek en kwaliteitsartikelen hierover. Veel dank!
Tot nu toe gedoneerd: € 333,06
Lees na Zin in muziek ook: